Soort project:

IWT-project

Duurtijd:

01/07/2011 - 01/07/2015

Partners:

Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek i.s.m. Proefstation voor de Groenteteelt Sint-Katelijne-Waver en Inagro

Sedert ongeveer 30 jaar worden in Vlaanderen courgettes geteeld, zowel in openlucht als onder bescherming. Vooral de laatste jaren kent de teelt een sterke uitbreiding en ook een verruiming in diversiteit aan kleuren en vormen. Courgette is ook een belangrijk gewas voor de groenteverwerkende industrie.

De laatste jaren werden meer virusaantastingen vastgesteld, waardoor in de rassenproeven op het Proefstation meer aandacht uitging naar de rasgevoeligheid. Het meest gekende virus is het watermeloenmozaïekvirus (WMV), maar verder komen ook het courgettegeelmozaiëkvirus (ZYMV), papayakringvlekkenvirus (PRSV), komkommermozaiëkvirus (CMV) en pompoenmozaïekvirus (SqMV) voor. Uit eerste onderzoek bleek dat een grondige studie van de verschillende invloedsfactoren noodzakelijk is om het probleem in de hand te houden. Er rezen vele vragen omtrent de interactie tussen de virussen, de detectiemethodes, de virulentie van de isolaten, de symptomen, de rasgevoeligheid, de virusvectoren (bladluispopulatie) en de invloed op de opbrengst en de kwaliteit.

De hoofddoelstelling van dit project is het terugdringen van de virusaantastingen in de courgetteteelt in Vlaanderen én mogelijke economische schade door virusaantastingen in de toekomst onder controle te houden door middel van het toepassen van een variabel pakket van verschillende maatregelen die als effectieve, duurzame en geïntegreerde beheersstrategie beschikbaar gesteld zullen worden.

Het uit te voeren onderzoek kan als volgt opgesplitst worden:

  • inzicht verwerven in de problematiek (verspreiding, omvang, oorzaken en dynamiek) en een uitgebreide epidemiologisch/ecologisch studie van de virusproblematiek in courgette;
  • uitgebreide epidemiologische studie van de vectoren, in kaart brengen van de vector populatiedynamiek en de het bestuderen van de verbanden met de virusziekteproblematiek en –transmissie;
  • evaluatie (individueel en in samenhang) van mogelijke controlemaatregelen;
  • ontwikkeling van een geïntegreerde beheersingsstrategie op basis van de opgebouwde epidemiologische kennis over onder meer virus- en vector populatiedynamiek en indirecte en directe beheersmaatregelen zoals vectorcontrole, natuurlijke en ingebouwde resistenties, teeltwijze…

Meer informatie

Contactpersoon