Partners

Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen, Inagro, Proefstation voor de Groenteteelt, Universiteit Gent, Laboratorium voor Fytopathologie

Soort project

IWT

Duur

01/09/2012-01/09/2014

Contactpersoon PSKW

Isabel Vandevelde

Korte inhoud

Doelstelling en proeven: Bremia lactucae is nog steeds één van de meest voorkomende schimmels in de teelt van sla. In de praktijk worden kalenderbespuitingen uitgevoerd (preventief en eventueel ook curatief) om de ziekte onder controle te houden. Aangezien bepaalde handelskanalen steeds minder residu eisen in de teelt van serresla, is het goed om meer inzicht te krijgen hoe deze schimmel ontstaat, groeit in de plant en hoe deze kan beheerst worden door combinatie van klimaatsturing en gecontroleerd behandelen indien klimaateisen niet gehaald worden. Dit laatste is een model of beslissingsondersteunend instrument dat opgebouwd en gevalideerd wordt in dit project.

In Bremia 1 werd inzicht verworven in de levenscyclus en het voorkomen van deze pathogeen op kropsla. Grenswaarden voor klimaatsturing om deze schimmel onder controle te houden werden vastgelegd gedurende dit eerste project. Als de klimaateisen niet gehaald worden, moet er chemisch behandeld worden. Hieruit volgt een model of ‘beslissingsondersteunend instrument’.

In Bremia 2 wordt het model dat opgemaakt werd in Bremia 1 gevalideerd in 2013 en 2014. Hiervoor werden in 2013-2014 opeenvolgende teelten aangelegd om het model/instrument steeds verder te optimaliseren en uiteindelijk te valideren. Dit behoort tot werkpakket 2 van het IWT-project, namelijk ‘Uitbreiding, validatie en finetuning van het beslissingsondersteunend instrument’. In 2014 zullen volgende activiteiten plaatsvinden:

  • Model/instrument valideren
  • De webapplicatie wordt verder ontwikkeld om dit model bij de telers toe te passen.

Uitleg van het model of beslissingsondersteunend instrument

Uit proeven en literatuur weten we dat bepaalde klimaatfactoren een belangrijke invloed hebben op de levenscyclus van de pathogeen (zie Figuur 1). Zo kan er ook naar gestuurd worden. De belangrijkste en meest praktisch bruikbare parameter hierbij is relatieve vochtigheid (RV). De sporenkieming kan pas doorgaan als RV gedurende 2 opeenvolgende uren hoger is dan 90% en de sporulatie vereist een RV hoger dan 85 % gedurende 5 opeenvolgende uren in de nacht. Sturing van de RV kan door gebruik te maken van droogstoken en luchten. Telkens dient de teler na te gaan wat economisch haalbaar is voor zijn teelt.

model bremia

Figuur 1: klimaatsfactoren die invloed hebben op Bremia lactucae

 Met temperatuur valt ook de cyclus van Bremia te doorbreken, maar continue temperaturen van meer van 24 °C zijn economisch en teelttechnisch niet aan te raden.Aan teelttechnische maatregelen zoals gebruik van schermdoeken en tijdstip van irrigatie moet ook de nodige aandacht besteed worden, deze beïnvloeden namelijk ook de RV in de serre.Als het kasklimaat niet kan gestuurd worden om bovenstaande klimaatvoorwaarden te vermijden, is chemisch ingrijpen noodzakelijk opdat Bremia niet zou ontwikkelen in de sla.Dit vormt het MODEL of beslissingsondersteunend instrument. Als RV gedurende 2 opeenvolgende uren overschreden wordt, dan kunnen de sporen kiemen en binnendringen in de cel. Op dat ogenblik moet er ingegrepen worden met een middel tegen kieming.

Het beslissingsondersteunend instrument geeft ook advies inzake chemische behandeling van de planten. Bepaalde gewasbeschermingsmiddelen worden geadviseerd naargelang de omstandigheden (werkzaamheid nodig tegen kieming of tegen sporulatie of afhankelijk van het teeltseizoen waarin men aan het telen is).

Ontwikkeling van webapplicatie in 2014:

Op basis van alle verzamelde gegevens omtrent de invloedsfactoren en de levenscyclus van Bremia lactucae werd een beslissingsondersteunend instrument opgesteld. Dit instrument dient als helpende hand voor een teler om beredeneerd te gaan spuiten in zijn serre. Wanneer de drempelwaarden voor RV overschreden werden, is het nodig dat de teler zijn klimaatsturing van naderbij bekijkt en eventueel aanpast en kan het ook nodig zijn om een behandeling uit te voeren. De teler kiest nog steeds zelf of hij al dan niet de voorgestelde acties uitvoert.

Voor het praktisch gebruik van dit instrument werd gekozen om een webapplicatie te ontwikkelen. De eerste versie wordt reeds op de proefcentra getest. Aan de hand van deze proeven kunnen de kinderziekten er nog uitgehaald worden en wordt ook de gebruiksvriendelijkheid voor een teler nagegaan.